Het wordt nog vreemder. Ik wilde het vorige bericht wat opleuken en ging op zoek naar het zegenlied op internet. Dat moest toch te vinden zijn op internet? En ja hoor, ik heb het ook gevonden.
Maar... die kids ken ik. Dat wil zeggen, vier van het stel. Het zijn de (pleeg)kinderen van familie Koole. Super zeg! Wat een verrassing.
vrijdag 13 november 2009
Het kan raar lopen...
Het kan raar lopen. Vlak voor de herfstvakantie kreeg ik een e-mail waarin een vriendin vroeg of er iemand zou willen ondersteunen bij de kinderopvang in een vrouwen opvanghuis. In de herfstvakantie zou er naast de opvang van de kleintjes ook opvang voor de schoolgaande kids moeten zijn. Na wat heen en weer gemaild te hebben, en een keer proefdraaien, was het zover. Het werd een hele bijzondere week waarin ik een tiental kinderen heb leren kennen. Ik heb er zelf erg van genoten en veel geleerd.
In de eerste plaats hoe je heel eenvoudig de kinderen kunt vertellen over de Here Jezus. Maar ook hoe je dit kunt laten zien. Het meest is mij de uitspraak van een jongetje bijgebleven. We waren aan het wandelen in een park en daar hadden bewoners een soort van ienie-mienie kapelletje gemaakt. De kinderen wilden natuurlijk weten wat dat was. De leidster maakte duidelijk dat sommige mensen vinden dat Jezus zo hoog is en zo groot in hun ogen, dat ze niet zelf met Hem durven te praten, maar tegen Zijn moeder praten. Ook vertelde ze daarbij dat Jezus zelf wel wat verdrietig is dat mensen zo over Hem denken. Maar ook dat Zijn moeder de mensen niet kan helpen omdat zij een gewoon mens was en al lang geleden is overleden. Eén van de jongens vroeg aan de leidster hoe ze dit allemaal wist. Nou, zei zij, dat lees ik in de bijbel. Oh... was zijn conclusie... jij bent wel hééél wijs. Ik ga maar veel naar jou luisteren, dan wordt ik misschien ook wel zo wijs.
Sinds vorige week kom ik nu één dagdeel in de week meedraaien. Ik heb voor mezelf een proeftijd ingelast tot het eind van het jaar. Afgelopen week was ook weer heel bijzonder. Elke dag wordt het zegenlied met de kinderen gezongen. De leidster zegent ons dan allen één voor één. En ik haar natuurlijk. Ook deze dag werd het lied weer gezongen. De jongste van één jaar staat op en legt heel voorzichtig haar handje op ons hoofd en zegent ons één voor één. En omdat het liedje nog niet is afgelopen maakt ze nog maar een rondje. Daar was ze de vorige week ineens mee begonnen. Maandenlang had ze het dagelijkse ritueel gadegeslagen en nu wilde zij ook zegenen. Ik vond het een heel ontroerend moment. Dat kleine handje dat op je hoofd wordt neergelegd. En dan dat gezichtje erbij. Worden als een kind staat er in de bijbel. Ik kon nu iets begrijpen van de reikwijdte van die woorden.
Dit alles verklaart nog niet de titel van dit blog. Laat het opvanghuis nu een onderdeel zijn van "De Hoop". Dus niet als vrijwilliger in Curacao aan het werk, maar gewoon hier in het eigen Nederland.
Het kwam op een moment dat ik met God in overleg was over de invulling van mijn week. Hele dagen thuis zitten is niets voor mij. Ik verveel me geen moment hoor, daar niet van. De bezoekadresjes van voor de vakantie zijn eigenlijk allemaal gestopt. Een betaalde baan heb ik niet nodig, maar wat dan. Ik had net aan God mijn verlangen naar een andere invulling voorgelegd en opnieuw uitgesproken dat Hij mijn dagen mag vullen zoals Hij het goed acht. Ik weet niet meer of het dezelfde dag was, maar in ieder geval wel dezelfde week, toen dit op mijn pad kwam. En toch... elke keer ben ik weer verbaasd te zien hoe God zorgt.
Peter heeft tot het eind van het jaar nog werk bij het ErDee. Wij hebben allebei heel sterk het idee dat het dan stopt. We zien uit naar wat er voor ons allemaal klaar ligt en hoe God ons verder wil gaan gebruiken.
Gisteravond hebben we de laatste cursusavond van het team voor Bevrijding & Herstel bijgewoond. De volgende keer kunnen we waarschijnlijk niet. Er was deze avond wat meer ruimte om zelf te delen en dat was heel bijzonder. Ook heeft Peter een klein gedeelte ingevuld na aanleiding van een vraag van de vorige keer.
Eén van de deelneemsters vindt het erg verwarrend om in onze binnenstad de weg te vinden. De laatste twee keer is ze bij ons gekomen en zijn we samen naar de stad gegaan. Van haar hebben we gisteren ook afscheid genomen. De volgende keer mag ze het dus weer op eigen houtje proberen.
Deze week hadden we wat internet problemen, maar die heeft Peter gelukkig grotendeels opgelost.
Helemaal geen internet. Vooral Marjolein heeft hier last van. Voor school kun je bijna niet meer zonder. Hoe we dat vroeger gedaan hebben? Tja, ik heb nog uren in de Bieb gezeten. Met Nederlands moesten we iets van zes dikke werkstukken maken. Of je moest per werkstuk vijf boeken lezen van één en dezelfde schrijver of per werkstuk vijf boeken over een zelfde onderwerp. Ja inderdaad, zo'n 30 boeken. En nee, ik heb ze toen niet allemaal zelf gelezen. Maar toen was er nog niets geen internet. Nee, het was nog het echte werk. Je trok je terug met je schrijfboeken, je spaarzaam gespaarde dubbeltjes, en met een beetje geluk, een bekertje drinken mee van thuis. Dan mocht je in een stil documentatiehoekje gaan zitten. Daar zaten in allerlei hangmappen krantenknipsels en wat al niet meer verzameld. Wel netjes gerubriceerd op onderwerp of schrijver. Maar het was heel veel overschrijven, want ja, die dubbeltjes die groeiden je niet op de rug. En als je het je dan veroorloofde om een kopietje te maken dan werd er eerst goed gekeken of alles goed lag en alles er wel mooi op zou komen. Na afloop was je op zijn minst twee uur verder en wist je dat er nog heel wat bezoekjes aan de Bieb afgelegd moesten worden. Daarna thuis alles op een typemachine uitwerken.
Oh... je weet niet wat een typemachine is? Tja, het is ook nog een apparaat die zo'n beetje tot 1990 werd gebruikt. Dus iets uit de vorige eeuw. Het apparaat lijkt in de verte wel wat op een toetsenbord. Alleen moest je daarvan de knoppen nog echt indrukken. Met een beetje geluk zat er een correctielint op, maar zo niet, dan moest je met een kwastje en een soort van witte verf de boel wegwerken. En dat was oppassen geblazen. Want, wilde je er te snel overheen tikken dan werd het een vieze knoeiboel. En dat was dan niet alleen op papier zo. Ook de machine moest dan schoon gemaakt worden. Nauwkeurigheid was dus vereist.
Hoe kwam ik ook al weer op dit verhaal? Oh ja, internet lag eruit. Maar nu het hersteld is zijn we allemaal blij. Alleen nog kijken of we boven de PC ook zover kunnen krijgen dat we daar draadloos kunnen internetten. Want ja, één internet PC, nee dat kan écht niet!
In de eerste plaats hoe je heel eenvoudig de kinderen kunt vertellen over de Here Jezus. Maar ook hoe je dit kunt laten zien. Het meest is mij de uitspraak van een jongetje bijgebleven. We waren aan het wandelen in een park en daar hadden bewoners een soort van ienie-mienie kapelletje gemaakt. De kinderen wilden natuurlijk weten wat dat was. De leidster maakte duidelijk dat sommige mensen vinden dat Jezus zo hoog is en zo groot in hun ogen, dat ze niet zelf met Hem durven te praten, maar tegen Zijn moeder praten. Ook vertelde ze daarbij dat Jezus zelf wel wat verdrietig is dat mensen zo over Hem denken. Maar ook dat Zijn moeder de mensen niet kan helpen omdat zij een gewoon mens was en al lang geleden is overleden. Eén van de jongens vroeg aan de leidster hoe ze dit allemaal wist. Nou, zei zij, dat lees ik in de bijbel. Oh... was zijn conclusie... jij bent wel hééél wijs. Ik ga maar veel naar jou luisteren, dan wordt ik misschien ook wel zo wijs.
Sinds vorige week kom ik nu één dagdeel in de week meedraaien. Ik heb voor mezelf een proeftijd ingelast tot het eind van het jaar. Afgelopen week was ook weer heel bijzonder. Elke dag wordt het zegenlied met de kinderen gezongen. De leidster zegent ons dan allen één voor één. En ik haar natuurlijk. Ook deze dag werd het lied weer gezongen. De jongste van één jaar staat op en legt heel voorzichtig haar handje op ons hoofd en zegent ons één voor één. En omdat het liedje nog niet is afgelopen maakt ze nog maar een rondje. Daar was ze de vorige week ineens mee begonnen. Maandenlang had ze het dagelijkse ritueel gadegeslagen en nu wilde zij ook zegenen. Ik vond het een heel ontroerend moment. Dat kleine handje dat op je hoofd wordt neergelegd. En dan dat gezichtje erbij. Worden als een kind staat er in de bijbel. Ik kon nu iets begrijpen van de reikwijdte van die woorden.
Dit alles verklaart nog niet de titel van dit blog. Laat het opvanghuis nu een onderdeel zijn van "De Hoop". Dus niet als vrijwilliger in Curacao aan het werk, maar gewoon hier in het eigen Nederland.
Het kwam op een moment dat ik met God in overleg was over de invulling van mijn week. Hele dagen thuis zitten is niets voor mij. Ik verveel me geen moment hoor, daar niet van. De bezoekadresjes van voor de vakantie zijn eigenlijk allemaal gestopt. Een betaalde baan heb ik niet nodig, maar wat dan. Ik had net aan God mijn verlangen naar een andere invulling voorgelegd en opnieuw uitgesproken dat Hij mijn dagen mag vullen zoals Hij het goed acht. Ik weet niet meer of het dezelfde dag was, maar in ieder geval wel dezelfde week, toen dit op mijn pad kwam. En toch... elke keer ben ik weer verbaasd te zien hoe God zorgt.
Peter heeft tot het eind van het jaar nog werk bij het ErDee. Wij hebben allebei heel sterk het idee dat het dan stopt. We zien uit naar wat er voor ons allemaal klaar ligt en hoe God ons verder wil gaan gebruiken.
Gisteravond hebben we de laatste cursusavond van het team voor Bevrijding & Herstel bijgewoond. De volgende keer kunnen we waarschijnlijk niet. Er was deze avond wat meer ruimte om zelf te delen en dat was heel bijzonder. Ook heeft Peter een klein gedeelte ingevuld na aanleiding van een vraag van de vorige keer.
Eén van de deelneemsters vindt het erg verwarrend om in onze binnenstad de weg te vinden. De laatste twee keer is ze bij ons gekomen en zijn we samen naar de stad gegaan. Van haar hebben we gisteren ook afscheid genomen. De volgende keer mag ze het dus weer op eigen houtje proberen.
Deze week hadden we wat internet problemen, maar die heeft Peter gelukkig grotendeels opgelost.
Helemaal geen internet. Vooral Marjolein heeft hier last van. Voor school kun je bijna niet meer zonder. Hoe we dat vroeger gedaan hebben? Tja, ik heb nog uren in de Bieb gezeten. Met Nederlands moesten we iets van zes dikke werkstukken maken. Of je moest per werkstuk vijf boeken lezen van één en dezelfde schrijver of per werkstuk vijf boeken over een zelfde onderwerp. Ja inderdaad, zo'n 30 boeken. En nee, ik heb ze toen niet allemaal zelf gelezen. Maar toen was er nog niets geen internet. Nee, het was nog het echte werk. Je trok je terug met je schrijfboeken, je spaarzaam gespaarde dubbeltjes, en met een beetje geluk, een bekertje drinken mee van thuis. Dan mocht je in een stil documentatiehoekje gaan zitten. Daar zaten in allerlei hangmappen krantenknipsels en wat al niet meer verzameld. Wel netjes gerubriceerd op onderwerp of schrijver. Maar het was heel veel overschrijven, want ja, die dubbeltjes die groeiden je niet op de rug. En als je het je dan veroorloofde om een kopietje te maken dan werd er eerst goed gekeken of alles goed lag en alles er wel mooi op zou komen. Na afloop was je op zijn minst twee uur verder en wist je dat er nog heel wat bezoekjes aan de Bieb afgelegd moesten worden. Daarna thuis alles op een typemachine uitwerken.
Oh... je weet niet wat een typemachine is? Tja, het is ook nog een apparaat die zo'n beetje tot 1990 werd gebruikt. Dus iets uit de vorige eeuw. Het apparaat lijkt in de verte wel wat op een toetsenbord. Alleen moest je daarvan de knoppen nog echt indrukken. Met een beetje geluk zat er een correctielint op, maar zo niet, dan moest je met een kwastje en een soort van witte verf de boel wegwerken. En dat was oppassen geblazen. Want, wilde je er te snel overheen tikken dan werd het een vieze knoeiboel. En dat was dan niet alleen op papier zo. Ook de machine moest dan schoon gemaakt worden. Nauwkeurigheid was dus vereist.
Hoe kwam ik ook al weer op dit verhaal? Oh ja, internet lag eruit. Maar nu het hersteld is zijn we allemaal blij. Alleen nog kijken of we boven de PC ook zover kunnen krijgen dat we daar draadloos kunnen internetten. Want ja, één internet PC, nee dat kan écht niet!
Abonneren op:
Reacties (Atom)